1982. Dawn is een jonge moeder – nog maar net gewend aan het huis van haar man Heron – wanneer Hazel haar leven binnenkomt en…
Een kleinood, zo zou ik Een familiekwestie van Claire Lynch willen omschrijven. Dat is zo’n woord dat je (ík tenminste) in het dagelijks leven nooit zou gebruiken, maar bij deze tedere compacte roman komt het opeens boven als ik aan mijn pc zit. Gaat over vader Heron, moeder Dawn en dochter Maggie, die in de jaren ’80 een jong gezin vormden dat in de jaren 20 van de huidige eeuw allang niet meer bestaat. Niet alleen omdat Maggie haar eigen gezin gevormd heeft, maar ook omdat Dawn blijkbaar uit het leven van haar man en dochter is verdwenen in de tussentijd. Gedurende de roman komen we erachter wat er precies gebeurd is.
De verteller van Een familiekwestie, die boven de partijen zweeft, is zeer empathisch. We zien hoe de familieleden, met Heron toch wel in de negatiefste hoofdrol, in gebreke blijven – niet omdat ze slecht zijn, maar omdat ze niet de kracht hebben om in te grijpen wanneer hun levensloop een bepaalde kant op wordt geduwd: Heron neemt een advocaat in de armen, de advocaat raadt hem dingen aan die hem intuïtief tegen staan – maar een advocaat zal het wel weten toch? Dawn wordt slachtoffer van haar tijd, merkt dat haar verzet geen effect sorteert en moet zich dan afvragen wat haar meer schade toebrengt: verzet of overgave?
Maggie grijpt, na de nodige weerzin te hebben moeten overwinnen, uiteindelijk wel in in de richting die haar levensloop op is gegaan. Lynch lijkt te willen zeggen dat het nooit te laat is. Ook dat is een empathische manier van kijken naar de wereld: verpest is iets voor even, nooit voor altijd.
Verenigd Koninkrijk, jaren ’80. Dawn, moeder van een jong kind, wordt verliefd op Hazel, een vrouw die nieuw in haar dorp komt wonen. Dawn is getrouwd, maar kiest voor de liefde, en gaat weg bij haar man Heron. Dat dat hartverscheurende gevolgen heeft, grotendeels te danken aan de manier waarop destijds met queer personen en echtscheidingen werd omgegaan, is de baseline van Een familiekwestie van Claire Lynch, een boek dat ik in recordtempo uitlas. Dat is een reden an sich om dit boek te vieren: ik ben een langzame, heel, heel langzame lezer, dus als een boek voor mij page turning is, doet het iets goed. En dat doet het: Een familiekwestie raakt belangrijke thema’s op een kraakheldere, filmische manier. In het VK in de jaren 1980, schrijft Lynch in een noot aan het einde van de roman, verloor ongeveer 90 procent van de lesbische moeders die betrokken waren bij echtscheidingen het ouderlijk gezag. Ze heeft daarover een invoelend, meerkantig boek geschreven. Het leven van Dawn, Heron en hun dochter Maggie kiepert over je heen en zuigt je mee. Lang geleden dat ik zo in een verháál zat. Maar daar zit hem ook direct mijn twijfel: het is een boek dat ik om het verhaal, niet om de taal gelezen heb. Niet om scherpe beelden, poëtische beschrijvingen, intelligente vondsten – ik struikelde zogezegd niet over de mooie zinnen. Soms was het clichématig, soms gewoon saai. Bij zinnetjes als: ‘Het is allemaal niet makkelijk voor Dawn. Ze wordt moe van alle zorgen die ze zich maakt.’ moet ik erg zuchten. Op een boel plekken gebeuren de gebeurtenissen, maar voel ik ze door de vlakke taal niet helemaal. Ook het einde van de roman glipt weg. Inzoomend kan ik dus zeggen: geen hoogtepunt, dit boek. Maar uitzoomend blijft dit verhaal me toch bij, en zeg ik: wel echt de moeite waard.
In het Verenigd Koninkrijk verloor in de jaren ’80 ongeveer negentig procent van de gedocumenteerd lesbische moeders die betrokken waren bij echtscheidingszaken het ouderlijk gezag over hun kinderen. Een familiekwestie vertelt over de nabevingen van afgenomen voogdij. De hoofdpersonages Dawn, Heron en Maggie zijn eerder figuren dan personen, maar ze vertellen het verhaal zoals het bedoeld is: in korte, soepele hoofdstukken lees ik over ‘de pech om in de verkeerde tijd te worden geboren, of op een verkeerde plek, en hoeveel dat jou kan geven of kosten.’ De schrijver presenteert in de zoektocht van Maggie een schuldvraag waar niet aan kan worden voldaan, want een persoon kan gelijktijdig schuldig en onschuldig zijn aan maatschappelijk onrecht. Verkenningen van Dawn en Heron’s ouderschap wisselen zich af met dat van Maggie. Zonder grote wendingen lees ik dat het mogelijk is om een ongeneesbaar verleden te verenigen met een hoopvoller heden.
Een familiekwestie is zo’n literair cadeautje dat je niet vaak meer tegenkomt: lichtzinnig en bewust afstandelijk taalgebruik in het familieromangenre dat normaal bol lijkt te staan van de ik-perspectieven, emotionele toonzettingen en vergeldingsdrang (looking at you, Nederlandse literatuur). En dat werkt — of: het werkte voor mij, want ik hou er niet zo van om emotioneel gemanipuleerd te worden, ook niet door romanpersonages. Juist omdat Claire Lynch in de derde persoon schrijft en kiest voor een gematigde toon, weet ze prachtig een balans te vinden waarin de lezer zelf een emotioneel oordeel kan vellen over de gespannen situaties (in plaats van de tragiek harder aan te zetten, wat een intiemer perspectief zeker weten zou doen). Dat is wat mij betreft al meteen een hoogtepunt hier, dat Lynch dat zo fijngevoelig weet in te schatten en zelfverzekerd genoeg is over haar scènes en personages om dat aan te durven. Luid applaus, en ik wil meer van dat.
Qua inhoud beginnen we bij Heron, een oude man die compulsief volgens starre regels leeft, en zijn enige dochter Maggie, die nu al een eigen gezin heeft waarin zij de huisvrouwrol speelt. Vader en dochter lijken een nogal verstrengelde band met elkaar te hebben, ook tot verbazing van Maggie’s echtgenoot Conor. Toch logisch, blijkt al gauw: ze zijn altijd op elkaar aangewezen geweest als lotgenoten, nadat de moeder in het verhaal na een scheiding (al jaren geleden, in 1987) is verdwenen. Dat heeft hun band bezegeld. Parallel aan deze hedendaagse lijn krijgen we het achtergrondverhaal door de ogen van Dawn, de moeder van Maggie, ten tijden van haar relatie met Heron voor de scheiding. De spanningsvraag is: wat is er gebeurd? Waarom is Dawn nu niet meer in beeld? Sterk hier is dat Lynch deze verhaalvraag niet uitmelkt tot het einde als een eendimensionaal kaartspelletje, maar juist op het middenpunt de informatie op tafel heeft liggen en ons in de tweede helft een juist politieker, zeitgeistiger vervolgspel voorschotelt waarin waarheid en leugen een andere vorm krijgen (in relatie tot de rechten van vrouwen en minderheidsgroepen). Het is die tweede helft waar — wat uit de auteursnoot blijkt — het onderzoek van Lynch en het gevoelsleven uit haar eigen ervaringen sterk naar voren komen, en het lukt haar om Dawn en Heron op een wrange manier lijnrecht tegenover elkaar te zetten, als symbolen voor een conservatieve maatschappij (die ‘gewoon juist’ wil handelen) en het individu met andere wensen dan de tijd toelaat. Die politieke onderstroom vormt de kern van de roman, eigenlijk meer nog dan de individuele relaties, en geeft het geheel een activistische ondertoon die me erg bevalt.
Maar waar de roman op die vlakken overrompelend is, laat het in de narratieve zin hier en daar wat steekjes vallen. Vaak wordt er in literaire kringen gezegd dat “het ontwijken van clichés” de taak van de schrijver is, en dat lukt Lynch helaas niet altijd. Een voorbeeld: Heron is die direct na de scheiding niet weet wat hij Maggie voor ontbijt moet geven. Daarin blijkt die stijlkeuze een zwaard dat snijdt aan twee kanten: hoe sterk gekozen ook in emotioneel aspect, kan Lynch ook zulke scènes niet verstoppen achter stijl omdat alles zo open en bloot ligt. Nu is dat niet zo’n probleem, want eerlijk is eerlijk de focus van de roman ook gewoon bij Dawn (en eigenlijk, de vrouwelijke personages). Maar het is merkbaar, doordat op de maat genomen deze meer typische scenes vooral voorkomen bij de mannen — Heron zelf blijft helaas een wat stijf personage (die zelfs gaande het einde wat verdwijnt) met een functie dan een levend wezen, net als Conor. Terwijl Dawn juist van het papier af spat.
Ik werd door de roman geraakt, zeker omdat ik tot aan het einde veel herkenning las in de situaties (gezien ik ook uit een gescheiden nest kom met een scheve ouderrelatie). De psychologische gelaagdheid van de interacties — ook weer bijgedragen door die stijl — werkten voor het overgrote deel heel goed voor me, zeker in de gruwelijke rechtbankscènes, waar ik rillingen bij voelde en mijn woede moest onderdrukken. Maar ja, in lijn van die soms typische karakteriseringen, stak er ook feelgood-wens op om toch als in een Hollywoodfilm af te ronden. Noem me een arthousefan, maar zo’n vrij eenduidige emotionele afronding, zeker in de beschreven situatie, stuitte me wat tegen de borst. Vanuit mijn eigen ervaringen (en ook die ik ken van anderen met een gebrouilleerde ouder), blijft een relatie wrang en scheef, ook al is er in bepaalde mate verzoening. Ik zal de keuze niet verklappen, oordeel zelf, maar voor mij wekte dat verbijstering op gezien de rest van de roman juist zo’n regie had. Vooral het emotionele (lees: Maggie’s) gedeelte zwakte daardoor voor me af, verloor glans en kreeg dat clichématige randje. Het politieke rondom Dawn blijft scherp, natuurlijk, net haar personage (en haar tegenspeelster), en lezers die meer identificeren met de politieke kant of haar reis zullen Een familiekwestie zeker waarderen, maar voor iemand met mommy issues bleef het einde wat toch vervreemdend ondiep.
Een familiekwestie is een boek dat je niet loslaat. Ik vond het schrijnend om te lezen hoe er werd omgegaan met Dawn in de rechtszaak, en hoe koud Heron was zodra hij achter haar affaire kwam. De personages voelden heel herkenbaar en realistisch, maar toch is het moeilijk om te beseffen dat een verhaal zoals die van Maggie, Heron en Dawn er eentje is zoals zovelen. De schrijfstijl was heel fijn en zorgde ervoor dat ik me goed kon inleven met de personages. Het heen en weer in de tijd springen zorgde voor een goede opbouw van spanning.
Ik denk dat mijn favoriete scène degene was waarin Heron zichzelf opsluit in een hoekje van een supermarktvriezer, als hij achter zijn diagnose komt. Ik had aan het einde van het boek bijna een vergelijkbare soort inzinking verwacht van Maggie, vooral ook omdat ze erg op elkaar lijken. Juist daarom was het heel mooi dat ze het tegenovergestelde doet en een gesprek voert met Dawn over al haar lang verwachte vragen.
Het verhaal vertelt kernachtig hoe het moet zijn geweest voor de betrokkenen om het queer ouderschap door de maatschappij te moeten overhandigen en verliezen. Vooral wordt voor mij duidelijk wat voor impact dit op het kind heeft. Al met al vond ik het een helder beschreven en interessant verhaal.