Vijf verhalen over hoe mensen elkaar bekijken

55

Jeffrey

Anouk Bosch

‘Jeffrey! Kerel!’  
De joviale klap op Jeffrey’s schouder dreunde onverwacht hard door, zijn lichaam was niet voorbereid op zoveel brute spontaniteit. Voor hem stond Maxim den Hartog, zijn gezicht een en al schitterende rechte tanden en zijn halflange haar nog altijd in een glanzende naar achter gekamde blonde kuif. Om hem heen hing de onmiskenbare aura van een man met de wind in de rug, en een hint van een geur die verraadde dat hij al wat langer op de borrel aanwezig was om zijn successen te vieren.  
‘Jeffrey van der Kust. In levenden lijve.’ Jeffrey stompte Maxim terug, probeerde het niveau van zelfverzekerde jovialiteit te evenaren. Hij grijnsde.  
‘Noem me Jeff, gek. Alleen mijn moeder noemt me nog Jeffrey.’ Dat was niet waar, bedacht hij zich. Ook Kyong, zijn beste en oudste vriend, noemde hem soms nog zo. Macht der gewoonte, zou hij zeggen.   
 
‘Niet te geloven. Daar staan we dan,’ zei Maxim lachend, en tikte zijn glas prosecco tegen dat van Jeffrey. ‘Toch wel de meest sensationele alumni van het Limes Gymnasium, als ik het mag zeggen.’ Hij nam een slokje. Zijn gezicht betrok.  
‘Gatverdamme. Goedkope troep. Anyway, mooi om jou hier tegen te komen. Dat zat er dik aan te komen natuurlijk, zeker na dat laatste interview met het FD.’ Jeffrey was verrast, maar deed zijn best om het niet te laten merken. 
‘Je bent goed op de hoogte.’ 
‘Natuurlijk kerel. Ik ben fan.’  
‘Jij bent anders ook lekker bezig.’  
‘Ach ja, het wereldje van de leuke start-upjes. Wat kan ik zeggen? Laten we het erop houden dat ik een goed oog heb voor potentieel.’ Maxim grijnsde breed bij het woord start-upjes, alsof hij ervan genoot om grote zaken te beschrijven met verkleinwoorden. Het gesprek viel even stil. Jeffrey zag vanuit zijn ooghoek hoe Maxim hem schattend aankeek voor hij zijn verhaal vervolgde.  
‘Hoewel, soms kan ik er natuurlijk naast zitten.’ 
‘Ohja? Wat dan? Verkeerde investering gedaan?’ Jeffrey nam een slokje van zijn prosecco, en veinsde een vies gezicht. Hij kon na al die jaren nog steeds niet inschatten of iets echt goedkoop smaakte of dat witte wijn met prik gewoon niet zijn drankje was.  
Maxim vervolgde: ‘Nee, gelukkig niet op dat gebied.’ Hij nipte opnieuw aan zijn glas, nonchalant. ‘Maar meer: ik had niet per se verwacht dat ik jou op een dag op zo’n soort evenement zou tegenkomen. No offence natuurlijk. En zo zie je maar weer: ook ik gok wel eens op het verkeerde paard.’ Jeffrey onderdrukte een frons en dwong zichzelf om joviaal te lachen, alsof hij zeker wist dat Maxim een goedbedoeld grapje maakte.   
‘Lul.’ Maxim grijnsde, maar zei verder niets. Het jeukte in Jeffreys buik. Hij kon zich niet inhouden. 
‘Hoe bedoel je dat precies?’   
‘Nou, je weet wel. Gewoon. Het grote geld, het échte echte succes. De wereld van de grote jongens, weet je wel. Niet dat ik verwacht had dat je af zou glijden ofzo, dat helemaal niet. Je deed altijd al je best. Maar als je me tien jaar geleden had gevraagd waar Jeffrey van der Kust nu zou zitten, dan zou ik gegokt hebben op een baan als IT’er, een vrouw, twee kinderen en een rijtjeshuis in Pijnacker. Oh, en misschien een labrador.’ Hij lachte. ‘Je weet dat ik het niet lullig bedoel, toch? Wat ik zeg: ik ben echt fan.’   
Jeffrey keek voor zich uit en nam een nieuw slokje. ‘Tuurlijk man.’  
 
Toegegeven: Jeffrey had zelf ook niet verwacht dat het zo zou gaan. Maar hij had het wel altijd gewild. Dat hoefde Maxim niet te weten, natuurlijk. Hij had geknokt voor zijn vwo-diploma op het Limes. Het was hem allesbehalve komen aanwaaien, nadat hij ingestroomd was van de havo. Hij had altijd het gevoel gehad dat de docenten hem in de gaten hielden. Alsof ze bang waren dat hij steken zou laten vallen, de reputatie van de school omlaag zou halen. Het schoffie van het Dijkstracollege, dat ventje met die platte bek. Hij deed zijn best om in te mengen. Om aan de ene kant de beste en braafste student van de klas te zijn, en tegelijkertijd bevriend te raken met de mensen die dat allesbehalve waren. 
Maxim had hij niet meer gezien sinds het eindexamenfeest, toen ze met een groep gasten een pilletje hadden genomen, verscholen in de binnentuin naast het atrium waar het feest gaande was. Maxim had iedereen voorzien, want hij was degene met alle connecties. Hij grapte op feestjes vaak dat hij op vele manieren gebruik maakte van zijn vaders goede netwerk, en dat hij er geen probleem mee had om daarvoor af en toe door zijn vaders Blackberry te scrollen. Op school gingen geruchten dat Maxim allang van het lyceum was getrapt als hij niet zijn vaders invloed in de rug had. Ondanks zijn magere cijfers leek het hem na het eindexamen voor de wind te gaan. Kennelijk was Maxim een zakelijk natuurtalent. Tenminste, die conclusie had Jeffrey getrokken bij het zien van Maxims updates op LinkedIn.  

Door de jaren heen had Jeffrey gedacht dat hij zijn eigen succes op de groei gekregen had, en dat hij er vanzelf in zou gaan passen. Maar nu hij met Maxim op dit evenement stond, voelde het nog altijd een paar maten te groot. Misschien was hij zelf weer even een stukje gekrompen, dat kon ook. Jeffrey haatte het hoe de reacties van anderen hem beïnvloedde. Hij schaamde zich voor de triomf die hij voelde toen zijn voormalige docent Nederlands mevrouw Wiedema hem een berichtje had gestuurd. Hij had zeker een kwartier in de lucht staan boksen nadat hij had gelezen dat ze onder de indruk van hem was. Ook Wiedema had destijds vriendelijk laten doorschemeren dat ze geen hoge verwachtingen van hem had. Toen hij bij haar in de klas kwam, had hij tot haar verbijstering nog geen enkel boek van de leeslijst gelezen. Wiedema had geconcludeerd dat het slecht gesteld was met zijn algemene kennis, en dat hij meer in te halen had dan hij zich realiseerde. Ze wist niet zeker of hij tot zo’n inhaalspurt in staat was. Dit had ze ook laten weten aan zijn moeder tijdens het oudergesprek, waarop zijn moeder in lachen was uitgebarsten. Want ook zij had geen van die boeken gelezen, en zij was toch ook prima terecht gekomen? Bij thuiskomst had zijn moeder ongelovig aan Jeffrey gevraagd wat hij toch op die kakschool uitspookte.  
‘Ik weet dat je graag wil studeren, Jeffrey,’ had ze verzucht. ‘Maar als ik dan van dat arrogante volk hoor wat je moet doen voor een diplomaatje. Is toch zonde van je tijd, jongen. Je had allang een leuke baan kunnen hebben.’  

Maxim stond plotseling in een hoek met een meisje waarop hij druk aan het inpraten was. Kennelijk was hij daarmee subiet zijn interesse in Jeffrey verloren. Jeffrey zette gauw zijn lege proseccoglas op het dienblad van een voorbijgaande serveerster, en wipte daarna zijn telefoon uit zijn broekzak. Zijn duim opende automatisch PlantBnB. Zijn app. Zijn eigen fucking app. Het was niet de eerste app die hij gebouwd had, maar wel de eerste die zo’n enorm commercieel succes was geworden. Jarenlang had hij aan de weg getimmerd als whizzkid, en nooit was hij veel meer geweest dan een nerd met een vlotte babbel. Geliefd bij collega’s, maar verder onbekend. Maar sinds PlantBnB was hij onverwachts een ster in zijn vakgebied. Het had deuren geopend waarvan hij niet eens wist dat ze bestonden. Ineens stond hij elke week wel ergens zijn verhaal te doen. CEO’s, journalisten, vak-idioten: de wereld hing aan zijn lippen. Waar haalde hij zijn ideeën vandaan? Hoe kwam hij in de juiste werkflow? Was hij altijd al zo slim, gedreven, innovatief geweest? Een paar maanden geleden had een interviewer hem vragen over zijn jeugd gesteld. Ze vroeg hem of hij zijn snelle geest van zijn moeder of zijn vader had. Of het klopte dat hij van vmbo naar havo was opgestroomd, en na zijn havo nog vwo was gaan doen. En of hij vanuit huis gemotiveerd werd om zo hard te werken. Jeffrey was niet gewend aan dat soort vragen. Achteraf gezien had hij te eerlijk geantwoord, het achterste van zijn tong laten zien. Zijn verhaal was in de media met volle teugen omarmd, columnisten schreven smakelijk over de vraag of zijn openhartigheid oprecht of aanstellerig was. Ondertussen ontstond er een heuse cultus rondom het beeld van selfmade man Jeff, de man die bewees dat ieder dubbeltje in Nederland de kans had om ooit een kwartje te worden.  

 
‘Pfoe man, wie is deze Mila Pavlenko?’ toeterde Maxim onverwachts in zijn oor. Daar was wederom een onnodige harde klap op de schouder.  
‘De op twee na beste plantverzorgster van PlantBnB op dit moment.’ zei Jeffrey een beetje korzelig.  
‘Kerel, je bent toch niet nú nog met werk bezig? Doe die telefoon toch weg vent. Ehh, dametje? Dametje! Hier nog twee glaasjes van die vieze goedkope bubbels graag. Hier ja, vriendelijk bedankt hoor. Kerel! Laat je mij nou gewoon met een dubbele voorraad ranzige prosecco achter?’  
‘Sorry man, ik zie daar iemand staan die ik echt even iets moet vragen. Ben zo terug.’ Jeffrey wuifde lachend, trok een quasi-dramatisch gezicht en liep toen snel door. Hij was niet van plan om terug te komen. Snel stelde hij zich verdekt op achter een grote plant en appte Kyong.  
 
‘Was Maxim den Hartog altijd al een enorme lul?’ 
‘Hahah 100%’ stuurde Kyong terug. Jeffrey grijnsde.  
‘Nooit gesnapt wat je met die vent moest. Hoezo dan?’  
‘Onverwachte Limesreünie op dat netwerkding waar ik over vertelde.’ 
‘Haha dat meen je! Trouwens, m’n ouders vragen of je binnenkort weer eens komt eten. Ze missen hun geadopteerde zoon’ 
‘Is goed, laat maar weten wanneer’ 
 
Jeffreys grijns verflauwde. Wanneer had zijn eigen moeder hem voor het laatst gevraagd te komen eten? Hij kon niet anders dan concluderen dat hun relatie nog verder bekoeld was sinds dat ene interview. Of zijn moeder al zijn interviews las, wist hij niet. Maar deze hype was moeilijk te missen. En als ze het zelf niet had gelezen, was er vast wel een bemoeizuchtige neef, tante of buurvrouw met het artikel op de proppen gekomen. Hij zag al voor zich hoe ze over hem zouden praten, samen rondom de keukentafel. Zijn tante die het onderwerp steeds opnieuw zou aanbreken, steeds opnieuw het vuur zou aanwakkeren. Zijn neef die hem vast en zeker in de gaten hield via Instagram, om dingen door te kunnen spelen. Zijn moeder, die met een opeengeperste lippen een sigaret zou opsteken onder de afzuigkap. Jeffrey? Mijn kind, bedoel je? Die kijkt niet meer naar ons om. Voelt zich te goed voor ons. Met z’n dure huis. Met z’n dikke bak. Arrogant volk. Mijn zoon is nu arrogant volk, Jolanda. Zie je het voor je? 

Jeffrey keek over zijn schouder naar Maxim, die nu een eind verderop zijn arm om een ander meisje had geslagen. In een impuls greep hij opnieuw naar zijn telefoon.  
 
‘Hee ma. Morgen bakkie doen?’ 
‘Tuurlijk jongen. Hoef je toch niet te vragen’